maandag 21 november 2011

Blandede bolsjer

Ofwel gemengde snoepjes. Dat zette onze juf in modul 4 altijd boven het hoofdstukje waarin ze de meest opvallende vauten vouten fouten van onze schrijfopdrachten verzamelde. Ach ja. Dat is alweer heel wat vauten geleden, want overmorgen is de modul 5-test, oftewel Prøve i dansk 3. Vraag me niet waarom het zo heet (ach, doe eigenlijk ook maar wel, ik ben immers journalist, dus alle vragen mogen gesteld worden), maar het is een landelijk taalexamen. Het bestaat uit twee leestesten, een pauze en twee schrijftesten. Wie het haalt, heeft voldaan aan een belangrijke eis om Deen te mogen worden.

Dus overmorgen zit ik eindexamensgewijs in een gymzaal. Potlood, gum, pen in de aanslag, woordenboeken onder handbereik (maar alleen voor de schrijftest), lunchpakketje in de tas. En ergens na Sinterklaas nog een mondeling.  Het moet heel raar lopen wil ik geen voldoende halen, maar deze keer krijgen we cijfers, en om door te mogen naar de volgende ronde moet ik drie tienen halen. Van de twaalf, dat dan weer wel. Ik knijp 'm vooral voor de schrijftesten.

Tot zover de nabije toekomst. Wat is er in de tussentijd gebeurd?

Denemarken heeft een vrouwelijke premier gekregen, en dat is niet onopgemerkt gebleven. Verder timmeren Denen een nieuwe regering in ongeveer een maand in elkaar. Nee, dan Nederland. Of België! K. zit in de taalklas met een Vlaamse, en die krijgt zo ongeveer elke les te horen "Zo, hebben jullie al een regering?"

We nestelen ons steeds behaaglijker in ons nieuwe huis. 8 december wonen we er al weer een half jaar! De bladeren vallen, het landschap verandert, we stoken de houtkachel nog eens op en branden heel Deens kaarsjes als er een vermoeden van schemer is. Dat wil zeggen, ik doe dat, K. haat kaarsjes. Ik zal nooit vergeten dat ik eens het huis gezellig had gemaakt voor zijn thuiskomst, inclusief brandende kaarsen, en hij de gedenkwaardige woorden sprak: "Godverdomme, het lijkt hier wel romanties!"

Maar hij doet 's winters wel heel trouw elke avond mijn elektrische dekentje aan, zodat ik in een tot tostiwarmte opgevoerd voorverwarmd bed kan kruipen.

Ons Deens begint ook al ergens op te lijken. In winkels vallen we niet meer terug op Engels, we struikelen eigenwijs verder in ons hompelige Deens, en heel af en toe denken mensen dat ik uit Noorwegen kom, vanwege mijn accent!! Wel lijden we allebei af en toe erg aan terugvallen waardoor we denken dat we er niks van kunnen. Zo volg ik nu zeiltheoriecursus. De lesstof snap ik wel, maar het vrolijke geklets eromheen en in de pauze, en de stand-up comedy act van de instructeur is vaak een brug te ver. Je kunt een les (laat staan een grap) niet doodvragen, dus verdraag ik maar dat ik de helft niet snap, maar het is wel frustrerend. Ik houd me maar vast aan het feit dat iedereen z'n best doet om me erbij te betrekken. De triomf als ik een grap opeens wél snap, is des te groter.

Donderwolkje aan de horizon is dat Annie, een van onze katten, last heeft van haar nieren. Dat is een jammerlijke fabricagefout van katten. Het betekent ook dat ze binnenkort wel zal gaan hemelen, en dat is geen fijn vooruitzicht, maar ja, poezen doen dat nu eenmaal. Net als mensen. Vanaf deze plaats wil ik nog even een monumentje oprichten voor mijn Nijmeegse buurpoes Moor. Dat was een stevige zwarte jeweetwelkater, met witte sokjes en een befje, van het gezellige soort. Hij had de eigenaardige gewoonte om een paaltje naast het hek van zijn tuin te springen als hij hoorde dat er mensen aankwamen. Eerst schrokken die zich rot, maar vaste lopers wisten wat er stond te gebeuren en hielden even stil om hem eens even lekker aan te halen. En daar was het hem om te doen natuurlijk. Moraal van het verhaal: als je geaaid wilt worden, moet je daar zelf voor zorgen.

Maar ik dwaal af.

Ook hier hebben we gezellige buren met leuke poezen (Naburo en Pjuske) en honden (Kalle en Laika). We hebben waanzinnige hoeveelheden appels geoogst en sap geperst. We hebben evenzovele hoeveelheden blaadjes geharkt (K.) en bollen gepoot (ik). Het hout is binnen, onze Rode Schicht rijdt weer op winterbanden  - het enige wat nog aan onze winteruitrusting ontbreekt is een sneeuwveger. Wordt vervolgd, ofwel: fortsættes