Het parlementaire jaar is nu ook in Denemarken van start gegaan: de eerste dinsdag van oktober. Zeg maar twee weken later dan de Nederlandse Prinsjesdag. Maar evenzogoed versierd met Koninklijk Bezoek aan de Folketing (het parlement), een rede (door de premier, niet door de koningin) en hoera-geroep.
Maar het belangrijkste is wel dat de regering haar Finanslov (begrotingswet) voorlegt aan de Folketing. Hier geen krampachtig gemiezemuis over embargo's en lekkages. Vorige week al werd bekend dat de regering 4000 overheidsbanen wil verhuizen vanuit de hoofdstad naar De Provincie, of liever: naar 38 verschillende gemeentes verspreid over Denemarken. Of je het nu als pesterij of beleid moet zien, symboolpolitiek blijft het. In hoeverre gaat een stad als Grenå erop vooruit als er negen belastingambteraren heen verhuizen?
Een van de tradities in verband met de opening van het parlementaire jaar is dat het oudste parlementslid de vergadering mag inluiden. Met een belletje. De geachte afgevaardigde met deze taak is sinds enige tijd Bertel Haarder (Venstre = liberale partij), nu minister van Kerk en Cultuur, maar eerder van Onderwijs, van Integratie, van Binnenlandse Zaken - om er maar een paar te noemen. Ook was hij Europaparlementslid van 1994 tot 2001. Bertel Haarder is behalve nestor ook een man met gevoel voor humor, en schudt wel eens een gedichtje uit zijn mouw.
In het volgende fragment heeft hij de begroting samengevat op rijm. Laat maar weten wie een vertaling nodig heeft :-)