donderdag 26 augustus 2010
De Eerste Keer - Den F¢rste Gang
Voor alles is er een eerste keer: fietsen, handstand tegen de muur, schieten, autorijden, trouwen - noem maar op.
Vandaag had ik twee Eerste Keren. Midden in de nacht haalde mijn poes Snollie het in haar poezele hoofd om in mijn bed te plassen. Gelukkig lag ik er niet in, ik was eruit om haar zooi op te ruimen die ze in mijn kamer had veroorzaakt omdat ze de nieuwe steentjes van de kattenbak niet bliefde.
Laten we zeggen dat het voor de haar de eerste keer moest worden om op Deense steentjes te schijten, en dat iets haar bewoog om dat moment nog even uit te stellen. Dus daar sta je dan 's nachts een bed te verschonen.
De andere Eerste Keer vond plaats in een snuitig dorpje waar we een tot woonhuis omgebouwde school hebben bekeken. Man, wat romantisch: roodgeschilderd, joekel van een tuin, allemaal rare beelden erin, lekker rustig en plek zat voor boeken, poezen (het poezenluik zat al in de deur) computers en piano's. Want één schoollokaal had nog de oorspronkelijke afmetingen. En een ijzeren kachel. K. en ik zagen ons daar al helemaal een salon houden, over dikke boeken en mooie muziek, met de intelligentsia van Aarhus en omstreken en met kaffe og kage (koffie en cake).
Dat was de website. Vanmiddag zagen we deze droom ' in real life', en toen zagen we naast alle pittoreske details (leuke kleine deurtjes! Kamers waar je ze niet verwacht! De oude jongens- en meisjesplees! => zie foto onder) toch ook voorzetramen, buigende plafonds, krakende vloeren (die hoorden we dus) en: een houtgestookte centrale verwarmingsinstallatie. Ik kan eerlijk zeggen dat ik zoiets nog nooit gezien had, sterker nog: ik wist niet eens dat het bestond. Ik zag 'm niet alleen, ik rook 'm ook.
Kortom, dit is geen huis, dit is een project. Een project met aannemers. We hebben één keer een jaar een aannemer over de vloer gehad, waarna we wisten waarom ze zo heten: ze beginnen elk antwoord op een vraag met ' Ik neem aan...'.
En dat dan in het Deens. Dat leek ons geen fijn vooruitzicht. Het droomhuis is overduidelijk voor iemand anders bestemd. Wij dromen door.
zondag 22 augustus 2010
Le Danemark, douze points
Het is fijn om een taal te leren met liedjes. Liedjes die je vrijuit kunt meezingen. Mijn volgende project is dit: Dansevise (en hoor ik daar Willem Duys?).
De tekst staat hier.
Het was afgelopen donderdag twintig jaar geleden dat de zangeres, Grethe Ingmann (geboren Clemmensen), overleed.
En dit is een rapversie van Dansevise - van Outlandish
De tekst staat hier.
Het was afgelopen donderdag twintig jaar geleden dat de zangeres, Grethe Ingmann (geboren Clemmensen), overleed.
En dit is een rapversie van Dansevise - van Outlandish
Kysse
Denen kussen niet. Althans, niet zoals Nederlanders dat doen: zodra je iemand een beetje kent, ga je zoenen bij verwelkoming en afscheid. En dan meteen ook drie keer. In kusserige buitenlanden zoals Spanje en Italië sta ik dus geregeld in het luchtledig te zoenen, want daar houden ze het op twee zoenen.
Je lebbert heel wat af als Nederlandse vrouw met een rijk sociaal leven. Dus dat is afkicken in Denemarken. Ze omhelzen wél. En zo kon het dus gebeuren dat ik na een gezellig dagje Legoland een nieuwverworven vriend pardoes nogal intiem op z'n oorlel zoende. Tsja, je verdwijnt in een berenomhelzing en als in een reflex parkeer je een zoen op iemands wang, maar de berenomhelzing mikt op full body contact dus dan schiet je je doel voorbij en hang je in iemands oor.
Leermoment.
Toch heb ik voor de zekerheid maar even op woensdag bij mijn Internationale Club gevraagd hoe dat nou zat, met dat kussen en omhelzen. Nadat ze waren uitgelachen, bevestigden Helle en Lis (de Deensen van dienst op de University International Club) dat er hier niet gezoend wordt, maar omhelsd. En zelfs dat laatste gebeurt maar spaarzaam. Het verraderlijke is dat je bij het omhelzen wel wang-tot-wangcontact hebt, een kopje dus (voor de kattenbezitters onder ons). Tot nu toe zijn er verder geen ongelukken gebeurd, want er hebben zich weinig momenten voorgedaan waarin ik werd verleid tot zoenen (en dat wil wat zeggen., voor mijn doen). Maar vrijdag is er een afdelings-uitje van K.'s werk...
Je lebbert heel wat af als Nederlandse vrouw met een rijk sociaal leven. Dus dat is afkicken in Denemarken. Ze omhelzen wél. En zo kon het dus gebeuren dat ik na een gezellig dagje Legoland een nieuwverworven vriend pardoes nogal intiem op z'n oorlel zoende. Tsja, je verdwijnt in een berenomhelzing en als in een reflex parkeer je een zoen op iemands wang, maar de berenomhelzing mikt op full body contact dus dan schiet je je doel voorbij en hang je in iemands oor.
Leermoment.
Toch heb ik voor de zekerheid maar even op woensdag bij mijn Internationale Club gevraagd hoe dat nou zat, met dat kussen en omhelzen. Nadat ze waren uitgelachen, bevestigden Helle en Lis (de Deensen van dienst op de University International Club) dat er hier niet gezoend wordt, maar omhelsd. En zelfs dat laatste gebeurt maar spaarzaam. Het verraderlijke is dat je bij het omhelzen wel wang-tot-wangcontact hebt, een kopje dus (voor de kattenbezitters onder ons). Tot nu toe zijn er verder geen ongelukken gebeurd, want er hebben zich weinig momenten voorgedaan waarin ik werd verleid tot zoenen (en dat wil wat zeggen., voor mijn doen). Maar vrijdag is er een afdelings-uitje van K.'s werk...
dinsdag 17 augustus 2010
What's in a name - vervolg
Bonuspunten voor Denemarken: vandaag lag alsnog mijn registratie in de bus, met de correcte achternaam en een excuus! Nou ja!
*kusje voor de Statsforvaltning.dk*
O ja, niet onbelangrijk ook: zonder CPR geen Deense taalles... Die is hier trouwens gratis - niet zoals in Nederland.
maandag 16 augustus 2010
What's in a name
Bijna twee weken geleden waren K. en ik bij de One Stop Shop. Dat is het spreekuur van de gemeente Aarhus waar je in één klap je verblijfsregistratie, de aanvraag van je CPR (= Deense BSN) en je Gele Kaart kunt regelen.
De wantrouwigen onder ons snappen meteen dat het een met het ander samenhangt, dat je dus geen maatschappelijke stap kunt doen zonder je CPR of je Gele Kaart, dus die cijfers en dat kaartje zijn Heel Belangrijk.
En dat is ook zo. Zonder CPR geen bankrekening, dus geen salaris. En zonder gele kaart geen ziektekostenverzekering.
Aan de manier waarop een land zijn immigranten behandelt, kun je zijn beschaving aflezen. En dan vind ik een service waarbij drie immigratie-stappen bij elkaar worden gevoegd, een goede zet. Goede beurt voor Denemarken.
De One Stop Shop is, heel symbolisch, gevestigd in het oude havenkantoor van Aarhus. Het is een prachtig gebouw uit het begin van de 20ste eeuw (zie de foto voor de schildering van het stadswapen in het ingebouwde theekoepeltje). En het was er drukker dan we dachten, maar we waren dan ook een beetje dom: begin augustus, spitsuur voor het onderwijs, suffie! Als grijze duiven zaten we tussen het jonge spul op de trap te wachten, achter ons twee Vlamingen en verder veel Oost-Europeanen.
Het was dus even wachten, maar dan werd ook alles in gang gezet. We hadden nog even de illusie dat het appeltje in één middag geschild zou zijn, maar de boomlange hoogblonde Deense van dienst legde uit dat we twee weken moesten wachten op onze registratie, dan zouden ze de spullen doorsturen naar de gemeente die er weer twee weken over zou doen om ons een CPR-nummer te geven, en de gele kaart kwam er dan ergens achteraan. Maar we moesten wel nu, stante pede, een huisarts uitzoeken. Hier is de lijst, zei ze, kies maar eentje in je postcodegebied. We kozen braaf.
Stiekem vind ik het wat pervers dat je al wel een huisarts hebt, maar geen gele kaart om van haar of zijn diensten gebruik te mogen maken.
Nu zijn we niet van plan om ziek te worden, maar die rekening, die is toch wel belangrijk. Nou, over twee weken zouden we naar de BorgerService van Aarhus kunnen gaan, tegen betaling van 50 kronen (of zoiets) konden we dan ons nummer opvragen. Om de een of andere reden vond ik dat een veilig idee.
Groot was dus ook onze vreugde toen we zaterdag post van de Statsforvaltning in de brievenbus vonden: de eerste hobbel is genomen, we zijn geregistreerd als buitenlands ingezetene!
Dat was het goede nieuws. Het slechte nieuws: mijn achternaam staat verkeerd gespeld. Je vraagt je af hoe dat mogelijk is, met kopieën van paspoort en trouwboekje bijgevoegd, maar ja. Dus maar even gebeld met de Statsforvaltning. Ze gaan het verbeteren, ik moet maar rustig afwachten.
Je vraagt je af hoe belangrijk het is, want in het Deens valt toch altijd de helft van een woord weg. In het Nederlands ook trouwens. Ik kan een voetbaltoernooi organiseren met het aantal mensen dat me in mijn leven heeft aangesproken met Inge, of Stokking, of allebei. In Italië is mijn naam eens verbasterd tot Imeer, en Franse correspondentie gericht aan mijn vader droeg de fraaie naam Stouckint. En 'dinges' lijkt ook verdomd veel op Inger, dus waar zeur ik eigenlijk over?!
Goed, ik zit dus in de baan met de slome cavia. Maar K. kwam er vrijdag achter dat hij al een tijdelijk CPR had, vanwege een eerdere klus voor de uni hier. Dat biedt perspectieven! Wie wint? Wie heeft het eerst zijn CPR of gele kaart? Wordt vervolgd!
Labels:
cavia,
CPR,
gele kaart,
inburgeren,
naam,
officieel,
taal
donderdag 12 augustus 2010
Eerst langzaam, dan snel. Of andersom?
Het inburgeren gaat snel. Elke dag leer ik wat woorden Deens erbij, die ik dan, als het zo uitkomt, uitprobeer op onschuldige Denen. Een van de voordelen van er niet-buitenlands uitzien, is dat je automatisch in het Deens wordt aangesproken. En als je dan iets semi-verstaanbaars terugbrabbelt, gaat het Deens gewoon door, totdat ik met de billen bloot moet omdat ik het echt niet meer versta, of totdat ik zoiets raars zeg dat mijn Deense gesprekspartner wel doorheeft dat hier een beginner staat.
Zo stond ik vandaag in de F¢tex. Dat is een soort Albert Heijn maar dan groter en met een uitgebreider assortiment. Verse gist wou ik hebben, ik wist zeker dat het er was, maar vind dat maar eens, in een zaak zo volgeladen. Gelukkig liep er een F¢tex-man los rond, dus die vroeg ik om 'går'. Hij keek me glazig aan. ' Yeast', probeerde ik in het Engels, maar dat leverde ook niet veel op. Toen maar mijn laatste bod gedaan: 'gær'? En ja hoor. Ik herinnerde me nog wel dat het een woord met een moeilijke Deense letter was – bijzonder hoe het brein met ezelsbruggetjes werkt. En grappig dat 'i går' gisteren betekent, en 'gær' gist. Vrolijk liepen we naar de koeling waar de blokjes gist met Maltezer kruisjes op hun bastjes lagen te wachten. En heel elegant bedankte de man mij omdat hij weer iets nieuws had geleerd.
Zo gezellig verloopt het inburgeren niet altijd. Begin deze week vond K. een joekel van een postzak op de oprit, met 'ons' adres erop. Hij bracht het ding snel in veiligheid, maar ja, wat nu? Openmaken, leek me, en een enorme stapel reclamefolders staarde ons aan. Niet voor hier, dus bracht Kees de zak weer terug naar de oprit, alwaar hij werd uitgeveterd door de postbode van dienst: ' Don't you ever do that again!', en we moesten als de donder onze namen op de brievenbus zetten, anders...
Nou moe.
Maar over het algemeen is inburgeren dus leuk. Wat me alleen tegenvalt, en dat had ik niet verwacht, is het Algemeen Verhuissyndroom: Alles Is Anders. Je wordt er enorm langzaam van – en ik ben al niet zo snel.
Stel je voor: ik ga op de fiets naar de stad. Moet ik een vestje mee? Welk vestje dan? Of een regenjas? Of allebei? Het weer in Aarhus kan ik nog niet helemaal lezen, het licht buiten en de temperatuur in huis zijn anders, ik moet mezelf in dat opzicht opnieuw kalibreren. En dat op de vroege morgen.
Volgende stap: portemonnee – waar ligt-ie? Sleutels – waar zijn die dan? Nog niet alles heeft z'n vaste plek gevonden namelijk. Tasje. Maar natuurlijk ook de tas die in mijn fietsmandje past (de onverwachte bonus van de nieuwe rode fiets, altijd leuk voor een tassofiel). Of toch ook maar de boodschappentas die ik aan m'n bagagedrager kan klemmen? Dilemma. Ach, ik neem ze gewoon allebei mee. Daadkracht!
Extra slot? Ligt dat in het mandje of in de tas? Gevonden. Dan kunnen we naar buiten. Huis op slot. Sleutels. O nee, helm vergeten. Sleutels (waar?), deur los, naar binnen. Ligt de helm in mijn kamer of bij de voordeur? Niet bij de voordeur, maar in mijn kamer. Tuurlijk.
Oké, wegwezen. Huis op slot, sleutels weg. Tuin uit, trappetje af, naar links of naar rechts? Ach, stadsplattegrond vergeten. Fiets op slot (nieuw, mooi, je weet maar nooit, zelfs in deze rustige buurt), helm af? Nee, ophouden, sleutels (die zaten toch in mijn broekzak? O nee, toch in mijn vestzak), naar binnen, waar ligt die kaart nou? Aha. Ach, nu ik toch binnen ben, dan toch ook maar de zonnebril mee. Maar waar ligt die?
Enzovoorts. Het is een wonder dat ik de deur uitkom, dezer dagen.
Labels:
boodschappen,
inburgeren,
taal,
transport,
winkels
woensdag 4 augustus 2010
Kat in 't bakkie
Nog geen week hier, en al
- zoethoutijs gegeten (smaakt naar meer)
- eerste confrontatie met Deense bureaucratie gehad (kon erger)
- in een tof huis geland
- neukende egels in de tuin aangetroffen (zie postcoitale foto)
- op mijn nieuwe rooie fiets rondgereden. Met helm op, gelukkig had ik er nog eentje van mijn Duitse avontuur. Maar die is hopeloos ouderwets, zie ik nu. Helemaal hip is een soort Stahlhelm van lichtgewicht plastic. In dof zwart (voor Echte Mannen), bloemetjes (kinderen, lieve vrouwen) of glanzend zilver (stoere vrouwen)
- naar de Internationale Club van de universiteit geweest - gelukkig waren ze niet allemaal op vakantie, mijn collega-vreemdelingen. Daar Italiaans gepraat :-)
- de geneugten van koken op een inductieplaat ontdekt
- in een soort Deens boodschappen bij de bakker gedaan (stokbrood en kanelgifler)
- kanelgifler gegeten (kruising tussen bolus en croissant)
- boeken naar kantoor van echtgenoot helpen sjouwen, en als dank thee en broodjes en jam gegeten met K.'s nieuwe collega's
- Deense tv gekeken met woordenboek in de aanslag
Kortom, het grote inburgeren is begonnen. Het gaat allemaal makkelijker dan gedacht. Zelfs de poezen burgeren in rap tempo in. Waar poes Annie zich tijdens het Duitse avontuur twee weken lang onder het bed verstopte, trippelde zij nu al binnen 24 uur door het huis. Wel heeeeeel voorzichtig, en verontwaardigd miauwend - en ook 's nachts. Dat slaapt wat rot, maar ja. Als het haar allemaal te spannend wordt, trekt ze zich eventjes terug in haar reisbakje. Dus in alle opzichten kat in 't bakkie hier.
Morgen naar de International Community van de gemeente Aarhus. Netwerken is net werken :-)
Abonneren op:
Posts (Atom)