Vanaf het begin is me opgevallen
hoeveel Denemarken en Nederland op elkaar lijken. Drop, pepernoten,
fietspaden en veel fietsers. Maar ook: mannen met witte sokken in
sandalen, de zuipcultuur, het op-het botte-af-informele gedrag
tegenover mensen die je niet kent, en de vaste overtuiging dat
'gezelligheid' en 'hygge' nergens anders bestaan dan in het eigen
land.
Natuurlijk zijn er ook dingen die
wezenlijk anders zijn. Dat Denen afstammen van de Vikingen, dat
willen ze weten. En dat merk je ook van tijd tot tijd. Er zijn mensen
die de godsdienst van voor het Christendom aanhangen. Dat heet
Asatro, en er zijn er niet veel van maar je vindt ze in elk geval in
hoge concentraties in Aarhus in de maand juli. Bij het Vikingmuseum
Moesgaard verrijst dan een Viking-tentendorp, waar mensen een week
lang als Vikingen leven. Niet noodzakelijkerwijs als aanhangers van
de oude goden, maar toch.
Ook wezenlijk anders is dat Denemarken
in hoge mate een mono-cultuur is. Met andere woorden: ze doen de
meeste dingen allemaal op dezelfde manier en vinden dat ook leuk.
Afwijking daar van is hoogst merkwaardig en soms bijna een
belediging. Klein voorbeeld: Julefrokost, het kerstdiner, bestaat uit
een vast aantal gerechten rijkelijk besproeid met drank. Toen bij
mijn man op het werk de organisatoren de euvele moed hadden om tapas
te serveren in plaats van het traditionele varkensgebraad met
gecaramelliseerde aardappelen en de hele verdere Julefrokost-rest,
gingen veel van de hoogculturele, welbereisde en ruimdenkende
intellectuelen steigeren. In Nederland is men, voor zover ik kan
zien, meer geneigd om tradities overboord te zetten ten voordele van
wat toevallig in de mode is. Voor allebei is iets te zeggen, al neig
ik meer naar traditie, moet ik bekennen
Pepernoten dus – pebernødder. Nu
liggen ze hier in de winkel en dat is op het randje, want een andere
traditie is dat de kerst z'n intrede doet in de Deense etalages na de
najaarsvakantie. En die is volgende week...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten